De politie die meer criminaliteit weet te voorkomen. Weinig mensen zullen daar op tegen zijn. Maar over de manier waarop valt wel te discussi?ren. De politie in Limburg vertrouwt op de rekenkracht van computers die door een berg data te analyseren rondreizende dieven aanwijzen. Terwijl deskundigen ook een hoop beperkingen van dat zogeheten ‘voorspellende politiewerk’ zien.
Zo heeft een algoritme het lang niet altijd bij het juiste eind, zegt Selmar Smit van het onderzoeksinstituut TNO. “Eigenlijk is het niet meer dan een kansberekening: hoe waarschijnlijk is het dat het hier om een verdacht persoon gaat? En een kansberekening zit er weleens naast.”
Hoeveel personen als gevolg daarvan onterecht als verdacht worden aangemerkt, hangt af van hoe ‘strak’ het algoritme wordt afgesteld. Formuleer je heel specifieke kenmerken, dan worden weinig mensen eruit gefilterd. Dat verkleint de kans op fouten, maar vergroot de kans dat een hoop criminelen over het hoofd worden gezien. Hanteer je ruimere kenmerken, dan pak je mogelijk meer boeven, maar wijst de computer ook meer onschuldigen aan.
De politie zegt fouten te ondervangen door agenten uiteindelijk zelf de afweging te laten maken of ze het advies van de computer opvolgen. Zoals in Roermond, waar de politie met camera’s langs de snelwegen en andere sensoren rondreizende dieven probeert te onderscheppen voordat ze toeslaan in het outletcentrum in de Limburgse stad. Agenten die een melding krijgen, gaan er heus niet direct met groot geschut op af, aldus de politie. Ze kijken eerst of dat wat de computer concludeert terecht is.
Steekproef
Het is belangrijk om maatregelen te nemen om agenten scherp te houden, stelt Smit. “Bijvoorbeeld door er af en toe een willekeurige steekproef tussendoor te gooien, zonder dat de agent op straat dat weet.”
Wat er kan gebeuren als de politie te veel op de computer vertrouwt, bleek uit een eerder project dat gericht was op het onderscheppen van drugskoeriers. Agenten waren gewend dat het systeem het altijd bij het goede eind had. Tot een oude vrouw met groot vertoon werd klemgereden.
Marc Schuilenburg, filosoof en criminoloog aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, heeft meer bezwaren tegen dat voorspellende politiewerk. Iedereen die straks richting het outletcentrum in Roermond rijdt zal door het algoritme worden beoordeeld.
“Dat betekent dat elke burger als potentieel risico wordt gezien. Dat is een wezenlijk verschil met het traditionele politiewerk, waarbij agenten afgaan op een melding over een verdachte situatie of handelen op basis van hun eigen observatie.”
Risico
De ene groep zal bovendien vaker worden aangewezen als verdacht dan de andere, zegt Schuilenburg. “In Roermond zal dat gaan om Oost-Europeanen, omdat veel rondreizende dieven daar vandaan komen. Maar dat betekent nog niet dat elke bezoeker uit het voormalige Oostblok een risico vormt. Toch zullen ze meer kans maken staande te worden gehouden, terwijl ze helemaal geen misdrijf hebben begaan.”
Algoritmes zeggen alleen iets over de groep die wordt gepakt, zegt ook Smit. Want met die kenmerken wordt de computer gevoed. Zo kan een focus op ??n bepaalde groep ontstaan. “De vraag is of je het acceptabel vindt dat een Oost-Europees gezin telkens wordt aangesproken als ze komen winkelen omdat daarmee de veiligheid zou worden vergroot.”
Schuilenburg pleit voor meer toezicht op de algoritmes. “Bij andere opsporingsmethoden, zoals een observatie, moet de rechter-commissaris vooraf toestemming geven. Dat geldt niet voor dit voorspellende werk, waarvoor de politie wettelijke bevoegdheid heeft. Er is hooguit achteraf een toetsing door de rechter, als een verdachte voor moet komen. Dat is veel te beperkt.”
NOS bracht de stand van zaken in andere landen in kaart:
China: score per burger
Het bekendste voorbeeld is wel ver weg: China. En dat is dan ook het voorbeeld dat het verst gaat. Is de politie in Nederland bezig met het opsporen van zakkenrollers en plofkrakers, in China?wil?de overheid ook minder vergaande ‘overtredingen’ bestraffen.
Je ouders niet vaak genoeg bezoeken, zwartrijden, oversteken bij rood licht? Het kan van invloed zijn op je ‘sociale kredietscore’, een cijfer dat invloed heeft op de vraag of je een trein kunt nemen, bepaalde banen kunt krijgen of je kinderen naar de goede scholen kunt sturen.
Het systeem is nog niet operationeel, maar in delen van China wordt er al volop mee getest, met slimme camera’s die gezichten kunnen herkennen.
Verenigde Staten: niet altijd even transparant
Zo ver gaat het in westerse landen nog niet. Maar in de Verenigde Staten is de politie wel al meer dan tien jaar bezig om te zoeken hoe voorspellende technologie?n kunnen worden ingezet tegen criminaliteit.
In Chicago hebben honderdduizenden burgers bijvoorbeeld een score waarmee de politie inschat hoe gevaarlijk ze zijn. Als de politie een burger staande houdt, weet de agent die dat doet hoe gevaarlijk die persoon is. Ook in andere grote steden wordt deze aanpak gebruikt.
Dat gebeurt niet altijd even transparant: vaak zijn de onderliggende algoritmes geheim. In New Orleans bleek zelfs al zes jaar een project te bestaan voor het voorspellen van misdrijven, zonder dat burgers of gemeenteraadsleden dat wisten. Na publiciteit erover trok de gemeente de stekker uit het project.
Duitsland: een brug te ver
Zoiets zou in Duitsland nooit gebeuren, zegt correspondent Kees van Dam. “Privacy is hier een groot goed: we hebben hier geen DigiD, ov-chipkaart en Google Street View.” De afgelopen jaren is veel gedebatteerd over nieuwe wetgeving om de politie makkelijker achter de voordeur te laten kijken, maar die is nog niet aangenomen.
Een uitzondering is er in Beieren: daar is een wet aangenomen die de politie en de inlichtingendiensten preventief laat tappen en arresteren. Ook kunnen er camera’s met gezichtsherkenning worden ingezet en lopen agenten rond met bodycams. “Maar daar gaat het echt om terrorisme. Zoiets inzetten voor zakkenrollers is in Duitsland echt een paar bruggen te ver”, aldus Van Dam.
In Frankrijk heeft de politie meer ervaring met voorspellend rechercheren, maar dat blijkt ondanks een investering van 108 miljoen euro geen succes: agenten zijn onvoldoende opgeleid en de resultaten zijn niet spectaculair.
“Databases werden hierbij gekoppeld om beter te voorspellen waar welke vorm van misdaad zich zou voordoen”, zegt correspondent Frank Renout. “Maar zoals een politiechef die zo’n project leidde, al zei: vroeger plakten we blaadjes met een punaise op een bord, nu hebben we data, maar dat is nog geen voorspellend politiewerk.”
Weliswaar kon de politie in het departement L’Oise, in Noord-Frankrijk, 74 procent van alle strafbare feiten voorspellen met software, maar dat lukte de politiedienst net zo goed door ouderwets veldwerk op straat. Het project werd dan ook stopgezet.
Desondanks schuift de Franse politie digitaal rechercheren nog niet aan de kant: er is vorig jaar een speciale politiedienst opgericht die zich richt op agenten die niet de straat opgaan, maar wetenschappelijke of technische expertise hebben.
Verenigd Koninkrijk: weinig kritiek
In het Verenigd Koninkrijk, het land met de grootste hoeveelheid beveiligingscamera’s per inwoner, is de politie wel blij met de voorspellende technologie. In Kent, bijvoorbeeld, heeft voorspellende software geleid tot 6 procent minder geweldsdelicten op straat. “Ook was de politie vaker in staat om snel aanwezig te zijn en escalatie te voorkomen”, zegt correspondent Tim de Wit. De politie in Kent is nu aan het onderzoeken hoe ook het aantal inbraken kan worden teruggedrongen en ook andere politiekorpsen experimenteren met de technologie.
Burgers vinden het prima. “Ongeveer de helft van de Britten vindt het goed als politie en veiligheidsdiensten meer bevoegdheden krijgen”, zegt De Wit. “Maar privacywaakhonden en ook mensenrechtenorganisaties waarschuwen voor de gevolgen.”
Bronnen: Trouw, NOS, NOS, Trouw, De Telegraaf